2 maart 2002
Home ] Up ] 21 februari 2002 ] 22 februari 2002 ] 23 februari 2002 ] 24 februari 2002 ] 25 februari 2002 ] 26 februari 2002 ] 27 februari 2002 ] 28 februari 2002 ] 1 maart 2002 ] [ 2 maart 2002 ] 3 maart 2002 ] 4 maart 2002 ] 5 maart 2002 ] 6 maart 2002 ] 7 maart 2002 ] 8 maart 2002 ]

 

Zaterdag 2 maart 2002   Mazatlán

De dag erna is stranddag. We gaan als echte badgasten naar de toeristische stranden is het besluit. Alle waardevolle spullen laten we achter in de hotelkluis, slechts enkele honderden pesos gaan mee. Dan wandelen we langs de boulevard richting noorden, waar de Zona Dorada zich bevindt. Die zogenaamde Goudkust wordt gedomineerd door grote hotels, all inclusive resorts, een McDonalds is er ook al… wij griezelen van dat idee, te oordelen naar de reclames die kwistig verspreid worden is het een dependance van de USA, en een bevestiging van alle vooroordelen over Amerika die we al hadden. Het stukje Mazatlán waar wij bivakkeren is de oorspronkelijke badplaats, in de jaren 50 The Place to be. Een plaquette aan de buitenmuur van ons hotel vermeldt dat zelfs Jack Kerouac hier in zijn hoogtijdagen nog geslapen heeft… Lies besluit prompt zijn On The Road weer te lezen. Verder is de vergane glorie aan alle gebouwen goed te zien, de rij hotels en restaurants aan "ons" stukje boulevard zijn in verschillende stadia van onttakeling. Gelukkig wordt er links en rechts ook driftig gerenoveerd. De kleuren die men kiest voor nieuwe gebouwen zijn gedurfd: in een bocht van de boulevard wordt, tegen een rotswand, een soort van paleisje opgetrokken waarop men knalblauwe en kanariegeel betegelde koepeltjes heeft geplaatst. Het kan zo in de Efteling!

Mazatlán - Monumento a la Continuidad de la VidaOok al is het vroeg, het is erg warm. We passeren een paar uitkijkpunten, een ervan is een klif waarbij men bij de juiste waterstand een spectaculaire duik kan maken (als men dat durft) maar beter nog, kan toekijken hoe anderen duiken. Er staan ook met enige regelmaat beelden langs de boulevard, die wij geen van alle erg mooi vinden (Jan noemt ze wanstaltig) en natuurlijk de onvermijdelijke grote Mexicaanse vlag op een punt waar hij van alle kanten goed te zien is. Er zijn rijen kraampjes met souvenirdingetjes, maar grotendeels gemaakt van schelpen die wij niet mee mogen nemen naar Nederland. Ook weer stalletjes met vers fruit, en dat is uitermate welkom! We hebben tenslotte nog niet gegeten. Na een paar kilometer bedenken we dat een ontbijt er ook wel ingaat, en we lopen een Mariscos binnen. We krijgen een schaal tortillachips en pittige salsa op tafel of het een diner betreft, en we ontbijten met vistaco's, gevuld met Marlijn. Als we verder lopen komen we langs het stuk strand waar de vissersbootjes liggen. Het is een vrolijk gezicht, mannen staan er bij hun boten te praten, enkelen sleuren hun bootjes naar zee, of doen werk aan hun netten. Er zitten een heel stel pelikanen ook, leuke vogels zijn dat!Mazatlan - aalscholvers en pelikanen

Nog een klein stukje verderop is Playa del Norte, en dat is precies dicht genoeg bij de toeristenval van de Zona Dorada om nog leuk te zijn. Bovenlangs is een boulevard waar ook auto's mogen rijden, onderlangs een gezellig strand. We dalen af, het strand op en claimen een plekje onder een soort van parasol: een rieten afdakje op vier palen, meer is het niet. Lies ligt meteen in het water, het is heerlijk hoewel de branding vrij rustig is. Jan neemt wat meer de tijd. Lies voegt zich bij hem en na een uurtje zonnebaden en een beetje suffen in de zon besluiten we samen te gaan zwemmen. Al doende zien we hoe de pelikanen vissen; het is een behoorlijk inspannend proces. De pelikaan stijgt met enkele nuffige hupjes van twee voeten tegelijk en veel vleugelgeklapper op van het water, vliegt een klein vertikaal rondje en stort zich dan, bek vooruit en met samengevouwen vleugels, als een torpedo weer te water. Het geeft een aardige plons. Vrijwel meteen dobberen ze weer boven, al of niet met prooi die ze dan onmiddellijk moeten proberen te behouden want de meeuwen die erbij zwemmen zijn brutaal genoeg om de vis weer uit de bek van de pelikaan te roven. Boven het geheel zweven grote fregatvogels.

Een man met een blauwe pet is naast onze spullen onder de parasol gaan zitten, en helemaal vertrouwen doen wij dat niet. We zwemmen dus naar de kant en gaan bij onze spullen in de zon liggen opdrogen. De man zit rustig in de schaduw, even later staat hij op en gaat met zijn rug naar ons toe tegen een van de palen leunen. Jan zegt half in een grapje dat hij vast hyperventileert, omdat hij iets met een plastic zakje aan het rommelen is. Een halve minuut later is ineens onze tas weg. Met die man mee natuurlijk. Lies haar camera zit erin, Jan zijn schoenen zijn weg, maar wat erger is: allebei Jan zijn brillen zitten in die tas! Naast ons onder de parasol zit een Brits gezinnetje, en een Mexicaanse familie, die onze ontreddering meteen begrijpen. Ze begrijpen nu ineens dat het niet zijn eigen tas was waarmee de man met de blauwe pet de boulevard op klom, en wijzen unaniem waar de snoodaard heen is. Jan rent naar boven en een meter of honderd verderop ziet hij inderdaad op de middenberm de dief met onze rugzak over zijn schouder en Lies haar hoed in zijn hand. Jan trekt meteen een sprintje, op zijn blote voeten en in zwembroek diagonaal de boulevard over, Lies dribbelt er zo snel mogelijk achteraan. Jan heeft de man snel te pakken want dat gerommel met een plastic zakje was, zoals de oplettende lezer misschien al begreep, lijmsnuiverij en de dief is te beneveld om snel te reageren. Gelukkig maar. Jan grijpt de man in een soort van houdgreep waardoor hij -je weet maar nooit- ook geen mes meer zou kunnen pakken of op een andere manier iets onprettigs aan zou kunnen richten. Lies gaat, zodra ze er ook bij is aan de rugzak trekken. De man laat die niet los, waarschijnlijk kon hij dat niet eens vanwege Jans houdgreep, waarop Lies hem een stomp op zijn kaak geeft. Zijn zakje met lijm valt op de grond bij de schermutseling, en dat is het enige waar hij echt op reageert: It's mine! Twee minuten later zitten we, lacherig van opluchting en schrik weer onder de parasol. Pfff. We blijken niks kwijt, en Jans portemonnee heeft al die tijd in zijn broek op het strand gelegen.

Dan komt er een ober van een verderop gelegen strandtent aangelopen, hij vraagt of Jan even mee wil komen. De "bad boy" zoals hij hem noemt, is gepakt en de politie wil Jan spreken. Verderop zit de zwerver op de grond, een man die vermoedelijk bij de bewaking van een van de hotels langs de boulevard werkt heeft alles gezien, hem ingerekend en de politie erbij gehaald. De zwerver is al aardig wat helderder, maar elke keer als hij wil gaan praten geeft de hotelbewaker hem een klap. Het gesprek met de politie verloopt wat moeizaam want de agenten spreken alleen Spaans. Ze willen dat Jan een aanklacht indient, dan kunnen ze de man in de gevangenis stoppen.

Het indienen van een aanklacht duurt volgens de politie een uur of twee, maar Jan vermoedt zomaar dat dat de rest van de middag gaat kosten. En daarboven denkt hij dat het niet veel zal helpen om de zwerver in de gevangenis te stoppen dus hij stelt de agenten teleur: hij wil geen aanklacht. De zwerver wordt meteen weer losgelaten, en Jan loopt ook weer terug naar de plek waar Lies zit te wachten. De zwerver is dankbaar, wil Jans hand schudden maar Jan is natuurlijk toch nog best boos. Dan belooft de zwerver -die opvallend goed Engels spreekt- dat hij zich niet meer in de buurt zal vertonen. Dat lijkt Jan een goed idee. De rest van de middag passen de Britten onder de parasol naast ons, als we willen zwemmen, op de tas… dat is een veilige gedachte.

Om een uur of vier zijn we in het hotel terug, waar we het zand van ons af douchen en een halfuurtje op het balkon zitten. Dan halen we wat boodschappen bij het winkeltje naast het hotel: wat van die zoete broodjes, koekjes, vruchtensap. Dat is mooi als ontbijt voor de volgende morgen. We eten luxe: bij The Shrimp Bucket, dat onder ons hotel is. We eten scampi op allerlei wijze: gekookt, gegrild in knoflookboter, gefrituurd in een bierbeslagje, gebakken in kokos, garnalen eten moet wel vinden we. Mazatlan profileert zich als de Shrimp Capital of Mexico, heeft een grote garnalenvloot, en het aantal visrestaurants overstijgt alle andere horeca.

Mazatlan - Huichol-vrouw op Plaza MachadosWe wandelen geheel voldaan naar het Machados pleintje, waar nu de markt nog wel open is. We bekijken boeken, weinig romans en veel studieboeken, alles in het Spaans. Er zijn ook stalletjes met kunst, vooral veel kralendingetjes, sieraden en indiaanse spullen. We nemen weer plaats bij café Machados, naast de Suikerbaronnen, de muziek is vanavond wat minder overweldigend, maar de Cuba Libres zijn prima. Toch wordt het niet erg laat… we zijn moe.

naar top pagina